Finalist in de schijnwerper | Sportconfex

‘Daar waar het veel landen niet lukte hun teams in vol ornaat op de Spelen te krijgen, stond Team NL er tiptop bij’

– Bert van der Tuuk, directeur Sportconfex uit Assen

In dit drieluik lichten we de finalisten voor Drentse Onderneming van het Jaar 2022 uit. Ondernemingen in de top die net uitsteken boven de rest. Met in dit deel: sportswear producent Sportconfex uit Assen. Dit bedrijf produceert kleding voor een groot aantal bekende merken waaronder Craft, Fila, Anta en AGU. Niet alleen voor de recreant, maar met name voor professionele atleten over de hele wereld; met een indrukwekkende medaillespiegel tot gevolg. We gaan in gesprek met directeur Bert van der Tuuk. Waar staat hij voor? Wat houdt ‘vernieuwend leiderschap’ in voor hem? En vooral: waarom denkt Bert dat zíjn bedrijf Drentse Onderneming van het Jaar moet worden?

Gefeliciteerd met jullie finaleplek!  

Hoe voelt het om als onderneming tot ‘de top van Drenthe’ te behoren?

Bedankt! Een nominatie als deze geeft een mooie bevestiging dat je goed bezig bent. In de wereld van ‘sportswear’ zijn we een van de grote namen uit Europa; het is leuk dat we nu ook in eigen provincie worden uitgelicht. We zetten onszelf eigenlijk altijd ‘in de schaduw’ om grote merken als Fila en AGU – en daarmee topatleten – te laten excelleren. Wij leveren o.a. wielerkleding aan het Nederlandse Team Jumbo-Visma voor de Tour de France en de Vuelta, zijn verantwoordelijk voor de schaatspakken van TeamNL op de Olympische Spelen én maken inmiddels ook het pak van Kimberly Bos (skeleton) en Nicolien Sauerbreij (snowboarden). Maar je zult nooit een logo van ons bedrijf zien op panden of materialen. Daardoor hebben we geen hele bekende naam in de regio.

Hoe omschrijf je jullie succes?

Overal waar aerodynamica het verschil maakt in goud en zilver – in die sporten zijn wij goed. Inmiddels kun je wel stellen dat wij ‘de snelste pakken’ maken. Dat bewijzen niet alleen onafhankelijke onderzoeken van Technische Universiteiten, maar blijkt ook uit de medaillespiegel op bijvoorbeeld de Olympische Spelen en bij de Tour de France. Dat vind ik persoonlijk ook de mooiste manier van meten: het staat het dichtst bij de mensen. Als je kijkt naar het succesvolste merk van de Olympische Spelen in Peking, dan was dat ‘ons’ Fila – over alle sporten beschouwd. Bovendien won Team Jumbo-Visma dit jaar de Tour de France met ons product en deden ze het zélfs goed bij de tijdrit, waar ze normaal gesproken geen specialist in zijn. Dat zijn makkelijk meetbare zaken en valt meteen op in de markt. Datzelfde geldt voor het feit dat ook Kimberly en Nicolien geschiedenis schreven door als eerste Nederlanders ooit olympische medailles binnen deze sporten te behalen.

De merken en topatleten zullen wel voor jullie in de rij staan?

Aerodynamica is eigenlijk pas de laatste tien jaar een issue. De bewustwording onder sporters is enorm toegenomen en dat helpt ons ook weer. Elk jaar zijn er meerdere World Tour Teams die ons vragen de ontwikkeling en productie voor hun topteams te doen. Het is onze filosofie dat we dat maar voor één team per tak van sport kunnen doen. Alleen dan kun je garanderen: ‘wij hebben voor jullie het snelste pak’. Dat gaat niet als je meerdere teams bedient, want dan maak je de factoren weer gelijk. Het kan wel zo zijn dat we volgend jaar weer met een ander team te maken hebben. We zijn een commercieel bedrijf en alle combinaties in merken en teams zijn mogelijk. Maar eenmaal toegelegd op een bepaald team, gaan we er volledig voor. We zien het als onze taak om proactief mee te denken bij mogelijke problemen voor de atleten. Neem bijvoorbeeld de hitte tijdens de spelen in Tokyo. Als we zoiets zien aankomen, gaan we direct op de achtergrond over tot metingen, innovaties en ontwikkelingen om de pakken zo goed mogelijk aan te laten sluiten op de omstandigheden. Je merkt dat dat enorm wordt gewaardeerd.

Hoe gingen jullie de afgelopen jaren om met de pandemie en bijbehorende maatregelen?

We hadden te maken met twee Olympische Spelen die precies in de covidperiode vielen. Daar waar veel landen het niet voor elkaar kregen om hun teams in vol ornaat op de Spelen te krijgen, is Team NL met een volledig pakket afgereisd naar Tokyo. Dat kan alleen als productie volop blijft draaien en de logistiek wordt aangepast op de situatie. Wij – en daarmee doel ik op ons hele team – zagen het echt als landsbelang om dit voor elkaar te spelen en hebben met elkaar een plan ontwikkeld. Hoe voorkomen we dat covid ons bereikt? Hoe zorgen we dat topatleten, sponsoren en iedereen achter de schermen beschermd blijft? Zo ontstond ons eigen covid-protocol: geen contact meer met de buitenwereld. We hebben als het ware onze ‘eigen bubbel’ gecreëerd en daarnaast waren dagelijkse PCR-testen realiteit. Het leek wel een militaire operatie.

Zo’n bubbel vergt natuurlijk heel wat van je mensen privé gezien?

Klopt, maar omdat het plan met z’n allen is bedacht, was het voor iedereen een vanzelfsprekendheid. Ik ben niet een ‘gemiddelde ondernemer’, maar heel erg afhankelijk van alle kennis en kunde die hier rondloopt. Dat straal ik ook uit. Wij hebben geen managementteam, geen IT-vergaderingen, geen regels die van bovenaf zijn opgelegd. Dat bestaat bij ons niet. Het voelt voor elk individu alsof het ‘zijn’ of ‘haar’ bedrijf is en het toewerken naar zoiets als de Olympische Spelen is echt een doel op zich. Dat gevoel zie je ook bij wedstrijden en evenementen: we kijken altijd vol spanning mee. Op die betrokkenheid kun je als ondernemer meer dan trots zijn.

Is dat ook waar ‘vernieuwend leiderschap’ voor jou om draait?

Ja, klopt! Maar dat zit ‘m bij ons ook echt in het feit dat wij ontzettend multi-divers zijn. Waar je dit bij veel organisaties nu ‘kunstmatig’ ziet ontstaat (om het vervolgens te ‘vermarkten’), is dat bij ons onbewust zo gegroeid. Ons bedrijf heeft vestigingen in Nederland en Polen. We hebben zo’n 200 werknemers, met een sterke mix van zeer ervaren kleermakers en jonge, digitale denkers. Er werken bij ons meer vrouwen dan mannen en vakmensen komen bij ons uit alle delen van de wereld. Niet gek, als je bedenkt dat de textielopleiding in Nederland al zo’n 30 jaar geleden op de schop ging. We konden een tijdje voortborduren op mensen die ooit in de textiel werkten, maar die zijn inmiddels met pensioen. Dan ga je op zoek naar mensen met de juiste skills in het kleermakersvak en zo kom je automatisch bij mensen uit Marokko, Iran, Irak, Polen enz. Ik ben er dan ook groot voorstander van om vluchtelingen zo snel mogelijk mee te laten doen met economie. Zeker nu de vraag naar personeel in Nederland zo hoog is. Er zit zoveel kennis! Wij weten niet beter.

En welke ambities zijn er voor de toekomst?

We zitten nu in een situatie waarbij we nog niet weten hoe de sportmarkt zich ontwikkelt ten aanzien van de naeffecten van de pandemie, de oorlog in Oekraïne, de hoge inflatie en koopkrachtproblemen. We zien nu dat veel detaillisten in de sportbranche met voorraden komen te zitten. De markt staat onder druk. Hoewel we er zelf niet direct mee te maken hebben, zijn het uiteindelijk onze sponsoren die geld investeren in de sport. Daar gaan we nu al rekening mee houden door connecties met de juiste partijen te leggen. Daarnaast zijn we bezig met innovatie op het gebied van recycling. Iets wat veel mensen niet weten, is dat de voetprint van de sportindustrie – als een van de grootste vervuilers – enorm groot is. De stoffen waarmee gewerkt wordt zijn niet te recyclen. Toch ben ik ervan overtuigd dat het technisch mogelijk is om materialen op een duurzame manier te hergebruiken, bijvoorbeeld als isolatiemateriaal. In zulk ketenmanagement zetten we momenteel echt stappen.

Meer informatie over Sportconfex? Neem een kijkje op de website.